Het Observatorium

De bouw van dit instituut. waartoe Colbert opdracht had gegeven en waarvoor Claude Perrault het ontwerp had gemaakt, begon in 1667 op 21 juni. de langste dag van het jaar. Het gebouw kwam gereed in 1672. De koepel en de vleugels zijn in de tijd van Louis-Philippe toegevoegd.

Belangrijke mijlpalen in de geschiedenis van het instituut zijn onder andere de berekening van de reële afmetingen van ons zonnestelsel in 1672. En een exacte plaatsbepaling van de meridianen, die lodewijk XIV deed verzuchten dat daardoor zijn koninkrijk aanzienlijk was gekrompen, en een berekening van de lichtsnelheid.
Ook aan het instituut te danken zijn een grote kaart van de maan (1679), de ontdekking van de planeet Neptunus in 1846, op basis van een wiskundige afleiding van Le Verrier en de ontwikkeling van nieuwe instrumenten als het astrolabium, de elektronische camera. enz.

De vier muren van het pand staan precies op de vier windstreken. De zuidkant van het gebouw bepaalt de breedtegraad van Parijs, terwijl precies door het midden van het gebouw de meridiaan loopt die tot 1911 voor de Fransen als nulmeridiaan gold. In dat jaar werd besloten zich aan te passen bij de al in 1884 vrijwel algemeen aanvaarde nulmeridiaan van Greenwich bij Londen.(ten opzichte hiervan ligt de franse nulmeridiaan op 2o 20' 14'' Ooster Lengte.)

Overige peilpunten bevinden zich elders in Parijs, zoals bijvoorbeeld de Mire du Sud. de aanduiding van het Zuiden op de meridiaan Het Observatoire Is tevens de zetel van het Internationaal Tijdbureau, dat sinds de oprichting in 1919 verantwoordelijk is voor de UTC, de gecoördineerde universele tijd, gebaseerd op de internationale atomaire tijd (IAT). De tijdmelding geeft de UTC, die tot op een miljoenste van een seconde nauwkeurig is.

(61, avenue de I'Observatoire. RER. Port-Royal. Denfert-Rochereau.)

afb.

1. Observatorium, 1740
2. Observatorium, 2003
3. Le Verrier, foto J.Zeven, 2001
4. Salle meridienne, 2003
5. Obeservatorium, foto J.Zeven, 2008